Het Nederlandsch Magazijn brengt in 1842 verslag uit over een krankzinnigenhuis in Glasgow, dat zeer goed bekend staat. Het gesticht heeft het goed voor met de patiënten, iets dat tot voorbeeld strekt.
Bovenal nogtans is de menschlievende zorg en behandeling, die de ongelukkigen hier genieten, ten hoogste prijzenswaardig, en verdienden deze in alle landen nagevolgd te worden.
Belangrijk element in de aanpak is het omzichtige gebruik van dwangmiddelen.
Hier heeft men zich overtuigd, dat het veel tot de herstelling bijdraagt, wanneer men de dwangmiddelen, waartoe men bij eenigen van tijd tot tijd genoodzaakt is zijne toevlugt te nemen, onder eenen of anderen schijn vermomt.
Sommige neigingen voeren altijd de boventoon, ook in het geval van een verstandsverbijstering, en daar kun je gebruik van maken.
Deze zucht of drift bestaat bij de vrouwen vooral in de neiging tot opschik, en in eene zekere ijdelheid, waarvan dan hier ook behoorlijk is partij getrokken.
Zo was er het geval van een vrouw die zich graag in de boeien liet slaan, vanwege de fraaie boeien.
Wanneer de toestand zoo is, dat men het gebruik van beide armen moet ontzeggen, dan sluit men de voorarmen in eene soort van handmof, die met bontwerk gestoffeerd en sierlijk met zijde bewerkt, maar toch stevig genoeg met stalen banden voorzien is, om het doel volkomen te bereiken.
In het artikel is er veel waardering voor de hoofdgeneeskundige, die een vertrouwensband met de patiënten probeert op te bouwen. En die over de nodige vindingrijkheid beschikt, getuige het onderstaande voorval…
Op zekeren dag klaagden onderscheidene krankzinnigen, dat de soep zeer slecht was, om hetwelk te onderzoeken, hij hen met zich naar de keuken nam, alwaar een groote ketel met deze spijs op het vuur stond te koken. Onverwachts naderde hem een der lijders, een krachtig man, en beschouwde hem met den blik, die bij deze soort van ongesteldheid zoo eigenaardig is, en waardoor veelal de terugkeer van eenen hevigen aanval wordt gekenmerkt. “Gij zijt dik en vet,” zeide de man, “ik ben verzekerd, dat gij eene heerlijke soep voor ons moet opleveren. Kom aan, laat ons dit beproeven.”
Een precaire situatie, maar de hoofdgeneeskundige houdt het hoofd koel.
Hierop naderden de anderen en omringden den geneesheer, dien zij reeds bezig waren aan te grijpen om in den ketel te werpen, toen deze met de grootste bedaardheid zeide: “Maar wacht eens, ik geloof, dat gij waarlijk gelijk hebt, mij dunkt echter, dat mijne kleederen de soep zullen bederven, ik zal mij dan vooraf moeten ontkleeden.” Deze reden kwam den vergaderden zinneloozen zeer gegrond en juist voor, zoodat de geleerde zonder hinder de keuken verliet en zich wel wachtte om terug te keeren.
Nederlandsch Magazijn, 1842, p. 111-112.
Lees hier de volledige tekst van het artikel.
Lees hier de hertaalde, makkelijk leesbare versie van het oorspronkelijke artikel.
De psychiatrie kwam in de 19de eeuw tot ontwikkeling als apart vakgebied. Bij Historiek een kort overzicht van de geschiedenis van de psychiatrie.
Historiek – De geschiedenis van de psychiatrie (1800-heden) in een notendop
Het krankzinnigenhuis waar het in het artikel over gaat is vermoedelijk The Glasgow Royal Asylum for Lunatics, dat begin 19de eeuw werd opgericht. In onderstaand artikel meer daarover.